Wat te doen bij een geschil of conflict met bestuurder?
Welke mogelijkheden heeft de OR bij een geschil of conflict met de bestuurder?
De WOR over geschillen
Als tussen OR en bestuurder een geschil ontstaat, kan de OR verschillende wegen bewandelen. De algemene geschillenregeling in artikel 26 en artikel 36 van de WOR beschrijven de mogelijkheden voor de OR om een geschil met de bestuurder op te lossen.
Artikel 26 gaat over geschillen die te maken hebben met het “adviesrecht” (WOR art. 25) en deze kunnen worden voorgelegd aan de ondernemerskamer.
Artikel 36 beschrijft de “algemene geschillenregeling” over onderwerpen zoals verkiezingen, OR-reglement, Informatierecht, instemmingsrecht, etc.
De bedrijfscommissie (BC)
Er zijn 2 soorten bedrijfscommissies
- Marktsector I voor commerciële en dienstverlenende sectoren
- Marktsector II voor zorg en welzijn en sociaal-culturele sectoren (cultuur, sport, onderwijs en gesubsidieerde arbeid)
Deze commissie(s) zijn door de SER ingesteld om te bemiddelen en adviseren bij geschillen tussen OR en directie. De BC behandelt in de meest brede zin alle onderwerpen die een relatie hebben met medezeggenschap. Het advies is niet bindend en het staat de OR en Directie vrij om hierna alsnog de kantonrechter in te schakelen voor een bindende uitspraak. Beide partijen kunnen wel van te voren afspreken om het advies bindend te laten verklaren.
Het is zeker aan te raden om een BC voor bemiddeling in te schakelen om dat deze een belang heeft om de partijen bij elkaar te brengen en te voorkomen dat het conflict verder escaleert. De toegang tot de BC is laagdrempelig, de procedure is redelijk snel (max. 2 maanden) en er zijn geen kosten aan verbonden. Het indienen van een verzoek tot bemiddeling gaat relatief makkelijk en snel via de website van de SER.
De ondernemerskamer (OK)
Conflicten over het adviesrecht voeren meestal rechtstreeks naar de Ondernemingskamer van het Hof te Amsterdam. Alleen als er verschil van mening bestaat over de adviesplichtige (voorgenomen) besluiten, kan dit na een bemiddelingspoging van de bedrijfscommissie, door de OR aan de ondernemerskamer worden voorgelegd. Dit zijn vaak wel tijdrovende procedures wat vaak niet uitkomt omdat de directie meestal verder wil. Het risico bestaat ook dat als het conflict gaat over een reeds genomen besluit of het besluit reeds is uitgevoerd de OR in een moeilijke situatie terecht komt. De OR heeft wel de mogelijkheid om bij tijdsdruk een kort geding aan te spannen om te voorkomen dat het voorgenomen besluit alsnog wordt uitgevoerd of moet worden teruggedraaid. De OR zal bij de gang naar de OK altijd moeten worden bijgestaan door een advocaat. Deze en overige proceskosten komen altijd voor rekening van de onderneming.
Kantonrechter
Zowel de OR als de bestuurder kan het geschil direct voorleggen aan de kantonrechter. Bijvoorbeeld bij procedures die onder hevige tijdsdruk staan, of voor de Directie om als de OR de instemming niet geeft deze in te schakelen voor vervangende instemming. Met een beroep op de onredelijkheid van het OR-standpunt of het aanwezig zijn van zwaarwegende belangen van de ondernemer kan de kantonrechter dan een vervangende goedkeuring geven en daarmee de OR buitenspel zetten. Voor andere zaken let hij vooral op een goede toepassing van de WOR.
In hoger beroep gaan
Als de rechter uiteindelijk tot een uitspraak komt, is deze bindend, tenzij één van de partijen hoger beroep aantekent bij het Gerechtshof. Dit moet binnen twee maanden na de uitspraak. Het Gerechtshof zal zich nog een keer over de zaak buigen en de uitspraak bekrachtigen of een andere uitspraak doen.
Aandacht van de media
Het is vaak niet gewenst dat het geschil door de media wordt opgepikt en dat deze er melding van maken. In het geval van de gang naar de OK en de Kantonrechter loopt de OR dit risico. Bij de bemiddeling door een Bedrijfscommissie niet. Dit laatste blijft binnenskamers.
Advies
Er is dus veel voor te zeggen om een geschil eerst voor te leggen aan de Bedrijfscommissie. Dit voorkomt dat het geschil verder escaleert. Hoe dan ook is het raadzaam zich als OR altijd te laten begeleiden door deskundig en/of juridisch advies. Schakelt de OR toch de kantonrechter in of de ondernemerskamer denk dan aan langere termijnen en de kosten die hiermee zijn gemoeid.